Hoorzitting netcongestie
Spannen de netbeheerders zich wel maximaal in om netcongestie het hoofd te bieden, en wat kan de overheid nog doen om de energietransitie te versnellen? Deze vragen stonden centraal in de Hoorzitting Netcongestie in de Tweede Kamer op woensdagmiddag 13 november. Namens de netbeheerders waren Maarten Otto (CEO Alliander en voorzitter van Netbeheer Nederland), Rutger van der Leeuw (CEO Enexis), Maarten Abbenhuis (COO TenneT) en Koen Bogers (CEO Stedin) aanwezig om antwoord te geven op de vragen van de Kamerleden.

Netbeheerders investeren meer dan ooit in de uitbreiding van de energienetten. Dit jaar is dat zelfs 8 miljard euro en de verwachting is dat dit de komende jaren nog verder zal toenemen. Desondanks groeit het aantal aanvragen van ondernemers sneller dan dat netbeheerders kunnen bouwen. Daardoor zijn de wachtlijsten voor grootverbruikers verder toegenomen, naar 10911 aanvragen (samen 6438 MW) voor afname en 8412 (samen 4056 MW) aanvragen om elektriciteit in te kunnen voeden.
“Iedereen die in onze sector kán bouwen, die bouwt. Tegelijk groeit de vraag zo snel en is de bouwopgave zo groot, dat we er rekening mee moeten houden dat we zeker de komende tien jaar nog met schaarste op het net te maken hebben” aldus Netbeheer Nederland-voorzitter Maarten Otto. Voor grootverbruikers is daarom maandag 11 november de capaciteitskaart ge-update, waardoor bedrijven nu ook kunnen zien wanneer geplande netuitbreidingen gereed zijn.
Ook consumenten moeten steeds vaker langer wachten
Dankzij het uitvoeringsakkoord en de buurtaanpak werken netbeheerders samen met aannemers en installateurs om sneller dan ooit te kunnen bouwen. Dat moet ook, want de komende jaren moeten we zo’n 50.000 extra trafohuisjes bouwen en zal één op de drie straten open moeten om kabels en leidingen te leggen. De enorme omvang van de werkzaamheden maken ook dat de wachttijden voor nieuwe of zwaardere kleinverbruik aansluitingen lokaal toenemen. Het langer moeten wachten komt doordat we steeds vaker eerst nieuwe kabels moeten aanleggen of een elektriciteitshuisje of verdeelstation moeten plaatsen omdat het net in de wijken steeds voller raakt. Dit betekent dat bewoners of eigenaren van een bedrijf met een kleine stroomaansluiting op die plekken te maken hebben met langere doorlooptijden voor een nieuwe aansluiting of een verzwaring. We hebben daar nu op een enkele plek al mee te maken, maar we voorzien dat dit aantal de komende jaren gaat oplopen.
We willen hier transparant en zorgvuldig over communiceren, zodat huishoudens en bedrijven weten waar zij aan toe zijn. Netbeheerders zijn daarom bezig met de ontwikkeling van een stroomnetchecker. Deze tool geeft (toekomstige) klanten lokaal inzicht in de situatie op het stroomnet. De stroomnetchecker wordt in het eerste kwartaal van 2025 gepubliceerd.
Flexibel gebruik van stroom is een deel van de oplossing
Netbeheerders bouwen zo snel als ze kunnen, samen met aannemers en installateurs. Daarnaast is het van groot belang om de ruimte die er op momenten op de elektriciteitsnetten nog wél is optimaal te benutten. Want ruimte op de elektriciteitsnetten is niet altijd even schaars. Er zijn momenten waarop er minder vraag naar elektriciteit is en momenten waarop er minder elektriciteit wordt terug geleverd. Gebruikers hebben hier een sleutelrol, namelijk door flexibel om te gaan met elektriciteit door op andere momenten stroom te gebruiken. “We hebben allemaal een rol in het voor iedereen toegankelijk houden van het stroomnet. Dat is een gezamenlijk opgave en niet alleen een taak van de netbeheerder.”
Wat kan de overheid doen?
De netbeheerders hebben aan de aanwezige Kamerleden gevraagd om vooral zorg te dragen voor stabiel beleid. Bouwprojecten van netbeheerders kennen een lange doorlooptijd en worden voor tientallen jaren gebouwd en aangelegd. Daarom willen netbeheerders ruim vooraf weten welke infrastructuur waar en wanneer nodig is. Daarbij moeten we ook sneller kunnen bouwen. Dat kan door minder regeldruk, versnelde vergunningsprocedures en voldoende locaties waar we kunnen bouwen.
Ook vragen de netbeheerders om flexibel gebruik van de stroomnetten door bedrijven en consumenten zoveel mogelijk te stimuleren. Dat kan onder andere door flexibele nettarieven te gaan hanteren, spelregels voor thuisbatterijen op te stellen zodat de batterijen congestie-verzachtend werken en netbewust laden van elektrische auto’s als norm maken.
Maarten Otto, voorzitter Netbeheer Nederland: “Netbeheerders doen wat ze kunnen, maar met pijn in het hart moeten we ook constateren dat het niet snel genoeg gaat. We zien dat naast bedrijven nu ook consumenten merken dat het stroomnet voller raakt. Dat vergroot de urgentie om met elkaar flexproducten te onwikkelen, zodat meer klanten hier gebruik van kunnen maken. En dat we tempo maken met het beschikbaar stellen van ruimte, het opleiden en omscholen van meer vakmensen en meer flexibel energieverbruik en -opwek. Tot slot is het cruciaal dat we ook zorgen voor warmte en duurzame moleculen om te voorkomen dat alle druk alléén op het elektriciteitsnet komt te staan."
Klik hier voor het ingediende positionpaper